In een brief aan de Tweede Kamer kondigt minister De Jonge aan met een programma betaalbaar wonen te komen om ervoor te zorgen dat huren weer betaalbaar wordt. Het streven is om ervoor te zorgen dat minder mensen kampen met te hoge woonlasten. De Woonbond neemt deel aan het programma.
In de Kamerbrief(externe link) geeft de minister aan voor huurders te willen kijken naar het huurbeleid (de jaarlijkse huuraanpassingen), de huurtoeslag en het reguleren van de middenhuur.
Huurbeleid
De Jonge schrijft dat hij voor de huurverhogingen in 2023 wil kijken welke aanpassingen er nodig zijn om met name voor lage inkomens hoge woonlasten te beperken. In een brief(externe link) over de huurverhoging in 2022 verwees de Jonge ook naar de hoge inflatie. Omdat de inflatie van dit jaar een belangrijke rol speelt in de hoogte van de huurverhoging voor volgend jaar, moet daar wat aan gebeuren. De inflatie is immers erg hoog. Voor 2023 wil De Jonge de ruimte voor huurverhogingen dus meenemen in zijn voornemen om te zorgen dat er minder mensen zijn met te hoge woonlasten. Dat de huurverhoging in 2022 wel doorgaat is een gemiste kans om een eerste stap te zetten om huurders te helpen.
Sociale sector voor lage én middeninkomens
De Woonbond vindt het een goed streven om het huurbeleid in dienst te zetten van betaalbare woonlasten. Ook wijst de bond erop dat, nu de verhuurderheffing (de belasting op sociale huur) is afgeschaft, huurders dat ook moeten gaan merken in hun portemonnee. Ze zijn immers onder druk van die heffing ook veel te hoge huren gaan betalen. Daarbij is het wel van belang voor ogen te houden dat de sociale sector er voor lage én middeninkomens moet zijn. De regeringsplannen om middeninkomens met hoge huurstijgingen ‘marktconforme’ huurprijzen te laten betalen staan hier haaks op.
Huurtoeslag
De minister wil de huurtoeslag inzetten om te zorgen dat minder mensen hoge woonlasten hebben. Het is nog onduidelijk hoe dit valt te rijmen met sommige plannen uit het regeerakkoord voor de huurtoeslag. In het akkoord staat onder andere dat de eigen bijdrage voor huurders met huurtoeslag (het deel van de huur dat ze volledig zelf moeten betalen) omhoog gaat, en gaan huurders huurtoeslag krijgen op basis van een ‘normhuur’ in plaats van de echte huurprijs die ze betalen. Dat pakt slecht uit voor huurders met een hogere huurprijs dan de normhuur. Door deze maatregelen dreigen woonlasten voor veel huurders juist omhoog te gaan.
Huurtoeslag moet huurders vooruit helpen
De Woonbond vindt dat de eigen bijdrage voor huurders met huurtoeslag omlaag moet, en de normhuur hoog genoeg moet zijn om te zorgen dat huurders met een hoge huur niet in de problemen komen. Wijzigingen in de huurtoeslag moeten er niet toe leiden dat huurders met een laag inkomen een groter deel van dat inkomen kwijt zijn aan wonen. Dat huurders boven de liberalisatiegrens straks wel aanspraak kunnen maken op huurtoeslag is wel een verbetering. De Woonbond heeft zich hier ook hard voor gemaakt.
Reguleren ‘middenhuur’
De zogenaamde ‘middenhuur’ is het begin van de vrije sector huur. Het gaat ongeveer om het segment tussen de 800 en de 1200 euro. De minister wil een deel van de vrije sector gaan reguleren om woekerprijzen tegen te gaan. Dat betekent dat er een maximale huurprijs voor woningen gaat gelden. Het is nog onduidelijk op welke manier de minister dit wil gaan doen, en welke grenzen hier worden gehanteerd.
Trek huurprijsbescherming door
De Woonbond is er voor om de huidige huurprijsregulering door te laten lopen. Nu is het zo dat woningen die tot de liberalisatiegrens (€763,47) in de verhuur mogen volgens het puntenstelsel een maximale huurprijs hebben. Die maximale huurprijs hangt samen met de kwaliteit van de woning. Maar zo gauw een woning boven die prijs in de verhuur mag, geldt er geen maximum meer. De Woonbond wil af van die rare knip, zodat er een relatie blijft tussen de kwaliteit van de woning en de maximaal toegestane prijs.